Het huisverbod wordt de laatste tijd steeds vaker toegepast. Ook in onze praktijk krijgen wij te maken met zaken omtrent het huisverbod. De Wet Tijdelijk Huisverbod geeft de burgemeester de bevoegdheid om een huisverbod op te leggen aan personen die een ernstig en onmiddellijk gevaar opleveren of dreigen op te leveren voor de medebewoners van het huis. Als het verbod is opgelegd, betekent dit dat de persoon voor een bepaalde periode de woning niet mag betreden en geen contact mag leggen met de overige bewoners van het huis. Deze periode wordt gezien als afkoelperiode en is verder bedoeld om hulpverlening in te schakelen en verdere geweldpleging of escalatie te voorkomen.
De gevolgen van een huisverbod
Een huisverbod heeft kortom een aantal gevolgen:
– De persoon aan wie het huisverbod is opgelegd, moet de woning per direct verlaten.
– De uithuisgeplaatste mag de woning, gedurende de duur van het huisverbod, niet betreden of aanwezig zijn bij de woning. Overtreding van deze regel levert een strafbaar feit op, waarbij voorlopige hechtenis kan worden toegepast.
– De uithuisgeplaatste mag geen contact hebben met de bewoners van het huis, zoals bijvoorbeeld eventuele partner en kinderen. Overtreding van deze regel levert een strafbaar feit op, waarbij voorlopige hechtenis kan worden toegepast.
– De burgemeester schakelt Bureau Jeugdzorg in, indien er ernstig vermoeden is van kindermishandeling.
– Het huisverbod kan gepaard gaan met strafrechtelijke vervolging, indien de uithuisgeplaatste daadwerkelijk geweld heeft gepleegd. Bij slechts een dreiging zal in principe niet tot strafrechtelijke vervolging worden overgegaan.
De duur van een huisverbod
Volgens de Wet Tijdelijk Huisverbod, duurt het verbod in beginsel 10 dagen. Als de uithuisgeplaatste geen ernstige en onmiddellijk gevaar meer oplevert voor de bewoners van het huis, wordt het huisverbod opgeheven. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als hulpverlening is ingeschakeld en de uithuisgeplaatste deze hulp accepteert. Mocht er uit de omstandigheden en feiten van het geval blijken dat de dreiging niet afneemt na deze periode, mag het huisverbod worden met maximaal 4 weken worden verlengd.
In beroep tegen een huisverbod
Een huisverbod wordt uitgevaardigd in de vorm van een beschikking. Hiertegen kan beroep worden ingediend bij de rechtbank. De rechter zal beoordelen of de burgemeester terecht het huisverbod heeft opgelegd. Er zal dan sprake moeten zijn van een ernstig vermoeden om aan te nemen dat er onmiddellijk gevaar bestaat voor de veiligheid van de bewoners van het huis. Voor het opleggen van een huisverbod hoeft het bestaan van dit gevaar dus niet volledig vast te staan, maar moet voldoende aannemelijk zijn.
Voorlopige voorziening
Omdat door het indienen van beroep bij de rechtbank de gevolgen van een huisverbod in beginsel intact blijven, kan er ook een verzoek om een voorlopige voorziening worden gevraagd, waarbij de rechter verzocht wordt het huisverbod te schorsen. Doorgaans wordt er dan ook voor gekozen om naast het instellen van beroep ook een dergelijk verzoek in te dienen bij de rechtbank. Een verzoek om een voorlopige voorziening wordt binnen drie werkdagen op zitting behandeld. De rechter kan er dan voor kiezen om alleen over het verzoek te beslissen, maar hij kan er ook voor kiezen om gelijktijdig over het beroep te oordelen. Dat laatste gebeurt in de praktijk erg vaak, omdat het dan voor alle betrokkenen direct duidelijk is hoe de rechter over de rechtmatigheid van het huisverbod oordeelt en of het huisverbod aldus wel of niet in stand blijft.
Heeft u vragen omtrent een vergelijkbare situatie of andere zaken rondom strafrecht en/of civiel recht? Neemt u dan gerust vrijblijvend contact op met ons kantoor.